Dag 31 Santiago de Compostela

24 juni 2016

Donderdag 22 juni

Tegen half zes rijd ik de camping op in Santiago de Compostela. Ik schrijf me in aan de bar en bestel een biertje waar ik naar Spaans gebruik een schaaltje olijven en chips bij krijg. Bij mijn tweede biertje bel ik Angèle om te zeggen dat ik in Compostela ben. Zij kijkt er niet van op. Ik ook niet, maar net als met dat examen: je moet eerst nog wel iets doen om er te komen. Maar nu zit ik aan de bar en ik zit er prima. Ik voel geen enkele aandrang om mijn tent op te zetten. Als ik tegen zevenen naar buiten loop om mijn plek te zoeken, begint het te regenen. Ook goed en ik ga zitten op het overdekte terras. Om een uur of acht sta ik onder de douche, het was een lange dag. Als ik om 6.50 uur opsta in Sarría is iedereen nog onder zeil. Het miezert een beetje en ik loop naar het washok waar ik mijn hele fietsgarderobe te drogen heb gehangen. Het is niet echt droog, maar het is draagbaar. Wat ik niet aantrek doe ik in een vuilniszak. Daar heb ik een hele week roquefort in bewaard, weliswaar in plastic verpakking, maar de kaas zweet er dwars doorheen. Ik keer de vuilniszak maar de rit en doe de kaas in mijn afvalzak. Die Ortlieb tassen zijn geweldig, maar het broeit de hele dag in die tassen. De elke keer dat ik die tassen openrol deins ik even achteruit van de weeë lucht die me tegemoet komt. Om tien voor acht rijd ik van het campingterrein af zonder ontbeten te hebben. Met het idee dat ik de cols gehad heb, ben ik wat makkelijk geworden met het op peil houden van mijn etensvoorraad. Ik heb niets in huis, behalve nog één Madeleine. In Sarría stop ik bij een bar om te ontbijten: café con leche, jus d'orange naturales en een tostada tomate. Omdat ik op één stuk geroosterd stokbrood niet ver kom, bestel ik er nog maar een. Op het kruispunt loopt een Aziatisch uutziende jongen wat heen en weer te hinkelen en in zijn routeboekje te kijken. Ik vraag hem of het goed gaat en hij zegt dat hij zijn enkel verstuikt heeft. "That's bad." zeg ik. "It hurts by walking." Hij kijkt me aan en zegt dan zoiets als: "And you? It hurts too" Ik begin te lachen en beaam dat de Camino bij iedereen pijn doet. Dan reken ik af en om half negen begin ik aan mijn één na laatste etappe, of toch mijn laatste? Eigenlijk weet ik wel dat het de laatste etappe wordt, maar het voelt plezieriger als ik alle opties open houd.

Het eerste stuk gaat van Sarría naar Portomarin. Een aantal klimmen van 7 tot 8%. Af en toe een afdaling. Ik lijk te vliegen en ik weet dat dat nooit zo door kan gaan, maar ik geniet ervan. Ik haal veel fietsers in en het is heerlijk om de macht in de benen te voelen, waardoor je een stevig verzet kunt draaien en dus ook snelheid kunt maken. Ik rijd over vrij grote wegen door een groen landschap van vooral bos en grasland. Bij Portomarin ga ik over het stuwmeer, ik herken de brug uit het boekje. Onder de waterspiegel ligt het oude Portomarin. Steen voor steen zijn de mooiste gebouwen afgebroken en hogerop weer in elkaar gezet. Op veel stenen van de kerk van San Nicolás staan nummers overgebleven van de precieze herbouw. De route gaat via Gonzar, via Palas de Rei naar Melide. Allemaal kleine weggegjes en het gaat onophoudelijk omhoog en omlaag. Hier lopen de wandelroute en de fietsroute gelijk op en het wordt drukker en drukker. Er komen steeds meer routes bij elkaar, maar dat kan niet de enorme drukte verklaren. Er worden busladingen scholieren aangevoerd die een deel van de camino lopen. Soms heb ik even de indruk dat ik op woensdagavond met mijn fietsclubje verzeild ben geraakt in de avondvierdaagse. Wandelaars nemen de volle breedte van de weg in beslag en hun wandelstokken zwaaien soms alle kanten op. Bij een albergue in Airexe stop ik om koffie te drinken en ik bestel een sandwich omelet. De albergues worden steeds talrijker, ze worden ook steeds fraaier en duurder. Een stempel voor je credential hoef je niet te vragen, er ligt een stempel met stempelkussen bij de ingang: Help uzelf. Ik vervolg mijn tocht en voor het eerst moet ik af en toe mijn bel gebruiken die wandelaars hier, net als in Nederland, toch niet horen, omdat ze druk met elkaar in gesprek zijn. In A Brea moet ik na een afdaling, vlak voor een steil klimmetje stevig in de remmen voor een schoolmeisje dat voor mijn fiets springt. Ik probeer te schakelen om vanuit bijna stilstand alsnog aan de klim te kunnen beginnen. Maar schakelen vanuit stilstand gaat niet met een derailleur (daar moet je een Rohloffnaaf voor hebben). Krassend en knerpend vervolg ik mijn weg. Even later neemt de fietsroute de N 547 en ik ben zowaar blij met de vrachtwagens die langszoeven maar goed rekening houden met fietsers. Dit waren wel erg veel caminogangers tegelijk. In Melide heb ik er bijna 65 km. opzitten. Ik koop een paar bananen, een appel en een zap chips bij de kruidenier. Als ik die buiten in mijn stuurtas doe, staat opeens de Italiaanse kampioen roeien naast me. Ik begroet hem hartelojk met: Hi, the Italian champion rowing. How is life?" Hij wil vandaag finishen in Santiago, want de 27e moet hij weer aan het werk. Als hij vraagt of ik vandaag ook doorrijd naar Santiago, zeg ik dat ik het nog niet weet. "Misschien wel." houd ik een slag om de arm. Ik zoek een restaurant en bestel een kop koffie. Gezien de zwaarte van het parcours zou ik wel een bord spaghetti kunnen gebruiken, maar daar heb ik even genoeg van en gehad en ik bestel kip met patat. Spaghetti was achteraf handiger geweest. Als je eenmaal een paar uur intensief gefietst heb, wordt eten steeds moeilijker. Daarom moet je als fietser vooral 's morgens veel eten. 's Middags lukt het niet meer en als je dan voor die tijd niet genoeg gegeten hebt, krijg je een hongerklop en dan sta je echt stil. Het laatste beetje patat laat ik staan en ik ga verder richting Touro.

De route is weer van de hoofdweg af en met de kleine weggetjes wordt de route fraaier en steiler. Het landschap lijkt op dat van de Ardennen. Ik fiets niet echt hoog, maar heb wel een mooi uitzicht over akkers en weilanden. En ook hier schitterende bermen. Ik heb de indruk dat ik er bijna ben, nog zo'n 20 km. Maar meneer Swermans lijkt allesuit de kast gehaald te hebben voor een mooi slot: de klimmetjes worden steeds steiler, tot 13%. En dan reken je verkeerd als je denkt dat twintig km. nog een uurtje fietsen is. Op punt met fraai uitzicht geniet ik van mijn appel en de fraaie bermen. De rust wordt alleen verstoord door een drietal gekooide blaffende honden, die het niet op prijs stellen dat ik mijn fiets voor hun deur parkeer. Maar dan rijd ik Een half uurtje later toch echt Santiago de Compostela binnen. Dat is overigens ook nog een toer, omdat de weg voor mijn gevoel loodrecht omhoog loopt. OK, de benen doen het nog. Op zoek naar de camping die nergens aangegeven word. Het officina du turismo blijkt in de oude stad, waar ik een plattegrond van de stad vraag. De camping blijkt 2,5 km. ten noorden van de stad te liggen, dus opnieuw op de fiets voor het laatste rukje.

Als ik gedoucht heb, ga ik eten in het restaurant op de camping. Ik vraag een grote fles water en een glas wijn. Ik krijg een flesje van 33 cl en vraag daarna alsnog een liter. Allebei de flessen gaan volledig op. Om elf uur lig ik in mijn tent, maar het duurt nog wel twee uur, voordat mijn lichaam ook in de ruststand staat, zodat ik kan slapen.



Voor de statistiek:
Op mijn totaalteller staat precies 3003 km. De rit van vandaag was 133 km. Ik heb precies 7 uur, 28 minuten gefietst. Ik heb 2219 hoogtemeters gemaakt en ben weer : 2324 m. gedaald. Mijn gemiddelde snelheid was 17,8 km.
(Ter vergelijking: de dag dat ik de Pyreneeën doorstak en twee cols reed telde 1637 hoogtemeters. Ik daalde toen 924 m. Mijn gemiddelde snelheid was toen 15,2 km.)
Maak je reisblog advertentievrij
Ontdek de voordelen van Reislogger Plus.
reislogger.nl/upgrade

Foto’s

11 Reacties

  1. Kees en Henny.:
    24 juni 2016
    En nu een paar dagen verplicht afkicken....of heb je nog een verrassingspakket in petto?? Gefeliciteerd en geniet even van.... niets doen...ook een kunst!
  2. Ineke:
    24 juni 2016
    Gefeliciteerd, je hebt je doel bereikt. Knap hoor, geniet nu maar even van je welverdiende rust.
  3. Piethein:
    24 juni 2016
    Liesbeth en ik blazen uit op een terras met verse muntthee. Dat hebben we wel nodig. De col van de Maarnse Berg ligt net achter ons. En dat zonder derailleur danwel Rohloff naaf. Onze bewondering voor de slordige 3000 km die jij onder de pedalen hebt doorgepeddeld nam per meter toe en is met geen pen te beschrijven.
  4. Berry Pronk:
    24 juni 2016
    Heerlijk, de tocht is afgerond! Nu alleen nog maar genieten van bermen, mooi weer, niets meer moeten. Tot gauw!
    Gr. Berry
  5. Karin:
    24 juni 2016
    Allereerst gefeliciteerd, je hebt t m toch maar geflikt , chapeau !!
    Maar wat nu tot dinsdag ???? Gaan we wandelen ? Gaan we ons vervelen ? Gaan we toch nog maar een paar honderd kilometertjes fietsen? OF ............... gaan we nu doen wat elk redelijk denkend mens zou doen, genieten en lekker uitrusten. Ik ben benieuwd !
  6. Léon:
    24 juni 2016
    Ja Stef , grote klasse.
    Nu mag je de komende dagen van ' rust ' genieten en terugkijken op een bijzonder succesvolle tocht. Fijne dagen daar en tot gauw.
    Léon
  7. Joost heinsman:
    24 juni 2016
    Gefeliciteerd Stef met het behalen van Santiago, wat een rit met alle weersomstandigheden. Nu even tijd om te na te genieten van je tocht, en natuurlijk even stevig door bidden zodat je gebed verhoord word. Maar daar reken ik wel op hoor, je zal toch dat hele eind niet voor Jan met de korte achternaam gefietst hebben. Succes met al je gebeden, en knap gedaan.
  8. Berry:
    24 juni 2016
    Zoals ik gisteren telefonisch al vertelde "Je mag bijzonder trots zijn op je laatste weken" fantastische prestatie. Gefeliciteerd!! En toch ben ik blij dat ik je (lang geleden) heb leren fietsen.
  9. Joke Gunter:
    24 juni 2016
    Je hebt het gehaald...natuurlijk, je bent een doorzetter.
    Grote klasse, gefeliciteerd en nu lekker achteroverleunen en
    genieten van elke dag...van wat er nog komt.
  10. Ingrid:
    24 juni 2016
    Gefeliciteerd Stef echt grote klasse geniet nu maar even van het niets doen
  11. Leo loch:
    25 juni 2016
    Ha die Stef,
    Lekker zittend op de bank in Moordrecht, realiseer ik me weer, dat die laatste dag een hele toer geweest is. Ook wij hebben die 130 km afgelegd, omdat in touro geen aubergues waren, zoals in onze Sweerman geschreven was. Wat een hoogteverschillen, zelfs in santiago.
    Heel knap, dat je de tocht in je eentje volbracht hebt. Gefeliciteerd!Een prestatie. Ik heb zeer genoten van je stijl van schrijven.
    Geniet van de heel mooie stad santiago. Ik kan je aanraden om even met de bus naar finisterre te gaan. Op de heuvels en bij het strand daar kom je geheel tot rust
    Groet
    Leo Loch